Regels voor wegwerpbekers en -bakjes
Dagelijks gooien we in Nederland 19 miljoen wegwerpbekers en -bakjes die plastic bevatten weg na eenmalig gebruik. Zo komt er onnodig veel afval bij. Een deel daarvan komt als zwerfafval in het milieu terecht. Er zijn nieuwe regels ingevoerd om dat tegen te gaan en om van hergebruik de norm te maken.
Als ondernemer bent u sinds 1 juli verplicht bij afhalen en bezorgen een herbruikbaar alternatief aan te bieden of bekers en bakjes van klanten te accepteren. Ook betalen consumenten een meerprijs voor wegwerpbekers en -bakjes met plastic. Het doel hiervan is dat mensen kiezen voor het herbruikbare alternatief. Dit mag dus ook een eigen herbruikbare beker of een bakje zijn.
Vanaf 1 januari 2024 mag u als ondernemer geen wegwerpbekers en -bakjes met plastic erin meer aanbieden bij consumptie ter plaatse. Denk hierbij aan een kantoor of restaurant. Wel is er een beperkte uitzondering: u mag hoogwaardige recyclebare alternatieven aanbieden als deze voldoen aan een verplichte inzamelingsdoelstelling. Ook moeten de producten weer gerecycled worden naar gelijkwaardige producten. Dus een beker moet weer een beker worden.
Aangenomen moties Tweede Kamer
De Tweede Kamer heeft in oktober drie moties aangenomen over deze regels:
- Eén motie vraagt om afschaffing van de meerprijs die mensen betalen als ze bij consumptie onderweg toch voor wegwerpbekers of -bakjes met plastic kiezen.
- De andere twee moties gaan over het verruimen van de uitzondering voor wegwerpbekers voor consumptie ter plekke. Als die minder dan 5 procent plastic bevatten, goed ingezameld worden en honderd procent gerecycled kunnen worden, moeten die worden toegestaan. In de praktijk gaat het vooral om de koffiebekertjes, die vaak van papier of karton zijn met een laagje plastic tegen het lekken.
Voor meer informatie over de moties kunt u in de Kamerbrief lezen.
Geen definitief besluit
Een definitief besluit laat de staatssecretaris aan haar opvolger. Wel geeft ze de ILT de instructie om de handhaving voor een deel tijdelijk niet toe te passen. In 2024 wordt de regelgeving geëvalueerd. Daarbij worden de ervaringen en aandachtspunten meegenomen die in de eerste periode van de nieuwe regelgeving naar voren zijn gekomen. In deze evaluatie wordt ook kritisch gekeken naar de meerprijs bij consumptie onderweg en de uitzondering bij consumptie ter plaatse. Een nieuw kabinet kan de resultaten van deze evaluatie meenemen in een besluit over de moties en de regelgeving op basis daarvan aanpassen.
Geen afschaffing van de meerprijs op wegwerpplastic
Aan de regelgeving verandert op dit moment niets, u mag als ondernemer nog steeds een meerprijs vragen voor wegwerpplastic bij consumptie voor onderweg. Wel zal de Inspectie Leefomgeving en Transport vanaf 1 januari tijdelijk niet handhaven op deze verplichte meerprijs. Als ondernemer bent u nog steeds verplicht om een herbruikbaar alternatief aan te bieden of te accepteren dat klanten hun eigen herbruikbare bakjes of bekers meenemen. Hier kan de ILT op handhaven.
Wegwerpbekers van papier of karton met plastic
Ook zal de ILT niet handhaven bij consumptie ter plaatse op papieren en kartonnen bekers en bakjes die bestaan uit maximaal vijf procent plastic, waarvan aantoonbaar 75 procent van de bekers en bakjes worden ingezameld om te recyclen en die voor honderd procent kunnen worden gerecycled. Wilt u als ondernemer gebruik maken van dit soort bekers en bakjes? Dan moet u zich melden bij de ILT. Meer informatie is te vinden op de website van de ILT.
Verminderen van gebruik wegwerpplastic
Deze regels om wegwerpplastic tegen te gaan komen voort uit Europese regelgeving. Iedere lidstaat moet blijvend minder wegwerpbekers en -bakjes gebruiken. Nederland heeft het doel om in 2026 40 procent minder wegwerpplastic te gebruiken ten opzichte van 2022. De regels zijn opgesteld om dat doel te halen. Als met de moties deze belangrijke onderdelen van de regelgeving nu wegvallen, wordt het doel niet gehaald. De Europese verplichting blijft intussen staan. Daarom roept de staatssecretaris op om te kiezen voor hergebruik.
Bekijk voor meer informatie ook het persbericht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.